Monday, September 28, 2015

De autojacht

Aangezien we van plan zijn om hier een jaar te blijven, is het aangewezen om een auto te kopen. Een auto huren voor een jaar is duurder, brengt veel meer gedoe met zich mee en geeft ons ook minder vrijheid. Als we dan ook nog eens een campervan (met een matras ingebouwd op de achterbank) kunnen kopen, hebben we er nog gratis overnachtingen bij. Dat kan al niet meer fout lopen toch? Toch?

Wel, zaten we daar even fout! Het vinden van een niet te oude, propere, vlot rijdende campervan waarvan de verkoper ook te betrouwen is, bleek even moeilijk als het vinden van een speld in een hooiberg.

Onze eerste auto
Onze eerste echte poging om een auto te kopen deden we op de Ellerslie car fair, een wijk een beetje buiten het centrum (een echte buitenwijk is het niet, de stad strekt zich nog kilometers uit na deze plek). Op deze beurs stonden enkele honderden auto's te koop, waarvan een stuk of 30 a 40 campervans en stationwagens. Hier gingen we zeker iets naar onze gading vinden! Na 2 keer de waren te keuren en hier en daar al voorzichtig naar de prijs gepolst te hebben, hadden we onze favoriet gevonden: een Nissan prairie uit '96 (nog redelijk nieuw voor een campervan). De verkoper was een Engelsman die hier een aantal maanden had rondgetrokken, en binnenkort terug vertrok. Het testritje beviel ons ten zeerste, en na het betalen van een voorschot en het uitwisselen van contactgegevens zette hij ons terug af voor de deur van onze hostel. Fijn!

Touching the sky


De rest van onze dag vulden we met het bezoeken van de Sky Tower, de hoogste toren van het zuidelijke halfrond, vanwaar we een prachtig uitzicht hadden over Auckland en de omgeving. In tegenstelling tot wat we verwacht hadden, was het er niet veel duurder dan op de begane grond om iets te drinken, wat we dus ook deden. Café met het beste uitzicht van de reis tot zover, dat is zeker!

Spelletje op 180 m. hoogte!

Zicht vanop de Sky Tower op Oost Auckland
Hier en daar vervangen glazen panelen de vloer. Leuk/beangstigend, het is maar hoe je het bekijkt.

West Auckland

Burger burger burgerrrrr

Die avond testen we nog een van de tips van Victoria: Burger burger, volgens haar het beste hamburgerrestaurant in Nieuw-Zeeland. Ook Wessel, een Zuid-Afrikaan die we hier ontmoet hebben, gaat mee. Het is een stukje lopen, maar het restaurantje ziet er gezellig uit en de bediening is super snel. De burgers stellen niet teleur: ongetwijfeld de beste hamburger die we ooit gegeten hebben, daar waren we het allemaal over eens. Een paar dagen later gaan we zelfs nog eens, en ook dit is weeral een kippenvel-ervaring.



      



Te mooi om waar te zijn...


Na het "lekkere" ontbijt in de hostel zoeken we onze verkoper even op op facebook: het zag er immers een toffe kerel uit, en hij leek geïnteresseerd in wat we gingen doen met de auto. Het eerste bericht dat we zien maakt ons wel wat ongerust: op 14 september is hij verhuisd naar Auckland, terwijl hij ons net verteld had dat hij op het einde van de week terug naar Engeland ging. Waarom zou hij hierover liegen? We spitten het verder uit en komen te weten dat hij een zaak heeft/had in Engeland waar auto's gespoten worden. We gaan advies vragen aan een aantal mensen, en komen tot het besluit dat het beter is om de auto te laten checken door een monteur.

We bellen hem op om te vragen of dit nog mogelijk is, en jaja, jullie hadden het waarschijnlijk al wel door: stront aan de knikker. Hij doet hier heel moeilijk over, en komt met steeds raardere excuses en gedachtekronkels over de plaats van de finale deal (we hadden enkel een voorschot betaald). Ook Wessel vindt het hele zaakje maar verdacht. Hij kent iets meer van auto's dan ons, en wou wel enkele kleine dingen nakijken voor ons. Maar ook dat vond de verkoper niet ok. We kregen meer en meer het gevoel dat hij ons een kapotte auto probeerde te verkopen.

Thuiskomen


Omdat onze 7 nachten in de hostel voorbij zijn (helemaal niet erg), moeten we op zoek naar andere accommodatie. We vinden iets op airbnb, anderhalve kilometer van de hostel verwijderd. Dat stappen we wel even! Het feit dat we al onze bagage moeten meesleuren, een slordige 35 kilo de man, en Auckland bijzonder heuvelachtig is, maakt er wel een heel avontuur van! Gelukkig gaat Wessel mee, die heel wat minder bagage heeft en ons maar wat graag helpt met dragen. Nat in het zweet komen we aan bij Sheldon, een wat oudere man met een mooi, maar rommelig huis. Hij helpt ons de knoop doorhakken: we nemen de auto niet, er is gewoon iets louche aan het hele zaakje... En dus moeten we weer van voor af aan beginnen.

Van het bed in de hostel...
Naar het bed bij Sheldon

De jacht gaat verder


De dag erna bezoeken we een campervandealer met ongelofelijk slechte reviews op het internet, die gammele bakken tegen woekerprijzen verkoopt. Nee bedankt! Ook gaan we naar een veilingshuis, maar daar zitten de auto's net dat kleine tikkeltje (een dollar of 2 à 3000) boven onze prijscategorie. Om de dag af te sluiten bezoeken we een dealer uit Fiji, die het grappig vindt om ons "5 minutes" bezig te houden met verhalen over zijn laatste vakantie en ons probeert te overtuigen van de waarheid van het creationisme. Zijn "5 minutes" worden uiteindelijk een uur... Wanneer de auto dan eindelijk verschijnt, is het niet de beloofde Toyota Estima, maar een Nissan Serena. Louche. De auto is duidelijk net gewassen: de banden zijn nog nat, en aan de binnenkant van de klink vinden we een laag vuil waar de gemiddelde kuisvrouw een zenuwinzinking van krijgt. Aan de binnenkant loopt nog ergens een verdwaalde mier rond, en bij nadere inspectie vinden we nog wat roestplekjes. Hij is ook nog niet omgebouwd naar een campervan. Niet wat we zoeken.

Onze tweede auto 

Die avond vinden we op trademe, de Nieuw-Zeelandse variant van ebay, een dealer in budgetcampervans terug. We gaan er de volgende dag een kijkje nemen. De verkoper praat gebroken Engels, maar lijkt wel betrouwbaar. Al zijn campervans worden geleverd met campingspullen: stoeltjes, tafel, nieuwe matras, borden en bestek,... Ons oog valt op een Toyota Estima uit 2000, nog een foetus naar campervannormen. Op een natte honden geurtje na, valt er niet veel op aan te merken. Het testritje bevalt ons, en de dealer gaat nog enkele zaken aanpassen tegen morgen, wanneer we hem komen ophalen: nieuwe band vanachter, nieuwe batterij, en nog gordijntjes en een deken. Die gordijntjes en het deken blijken uiteindelijk spuuglelijk te zijn, maar dat weerhoudt ons er niet van om tot de aankoop over te gaan. We hebben een auto, eindelijk!

Voor...
... en na!



Een voorproefje van de volgende post: de Coromandel peninsula!




Wednesday, September 16, 2015

One does not simply walk into New Zealand…


Om er te geraken moet je er iets voor over hebben. Vele gevaren moeten getrotseerd worden: een ellenlange vlucht, een schrijnend gebrek aan beenruimte, een kanjer van een jetlag,… Maar laat ons beginnen bij het begin.


Zondag was het dan eindelijk zover, het langverwachte vertrek naar de andere kant van de wereld. Na een moeilijk afscheid op Zaventem (veel gejank en vele knuffels), begon onze lange tocht naar Aotearoa (het land van de witte wolk), de Maori naam voor Nieuw-Zeeland. We zagen dit initieel nog helemaal zitten, wat filmpjes kijken op het vliegtuig afgewisseld met wat slapen, komt helemaal goed! De eerste vlucht tot in Abu Dhabi ging vlot, buiten het slapen… Op deze vlucht van amper 6 uur konden we kiezen uit een uitgebreid gamma aan geestrijke en geestarme dranken als aperitief en kregen we een 3-gangen menu (of wat daarvoor moest doorgaan) voorgeschoteld.

Zonsopgang in Abu Dhabi

Rond 6.00u plaatselijke tijd kwamen we aan in Abu Dhabi, een gigantische luchthaven. Daar begonnen we ons ‘klopke’ te krijgen aangezien we technisch gezien een nachtje door hadden gedaan op die eerste vlucht. Na 4 uur konden we dan eindelijk vol verwachting instappen op het grootste vliegtuig van onze reis. Wat viel dit echter tegen toen we eenmaal neerzaten! Erg smalle stoeltjes, dezelfde povere filmselectie als op de vorige vlucht en een Australiër op de stoel naast ons die zich helemaal thuis zou voelen in Antwerpen. Oh ja, niet te vergeten: 2 baby’s in de rij naast ons… Lichtpuntje: we vlogen tegen een snelheid van meer dan 1000km/u, de hevige turbulentie er maar bijgenomen dan… Even later (een kleine 13 uren) kwamen we gelukkig aan in Melbourne, Australië.

In deze luchthaven was het gezellig vertoeven, en konden we eens voor iets anders gaan shoppen dan kankerstokjes en veel te dure sterke drank. De Australiërs waren vriendelijk, maar allemaal uiterst verbaasd toen we zeiden dat we liever naar Nieuw-Zeeland gingen dan naar hun land. De rivaliteit tussen beide landen zit duidelijk hoog! Een snelle hap in de koning van de hamburgers later waren we op weg naar Auckland. Om 20 voor 4 plaatselijke tijd kwamen we hier aan, waarna een shuttle bus ons naar onze hostel bracht. Helemaal in zombie-modus gingen we ergens sushi eten, om vervolgens als een blok in slaap te vallen in ons bijzonder slecht bed.

Welkomsttekst op de luchthaven: "Tanui joins with the people of Aotearoa in welcoming all visitors and offers a prayer that enjoyment, enlightenment, friendships & a safe journey be your constant companions, always" 

Information overload


Aangezien we om half 8 al gaan slapen waren, werden we ook bijzonder vroeg wakker. We vernamen van enkele andere backpackers dat er om 10 uur een infosessie ging beginnen bij IEP, de werk- en reisorganisatie die ons hier begeleidt. Na een storm van informatie die 4 uur aanhield, waren we alweer heel wat wijzer over wat, hoe, waar en wanneer we vanalles konden doen. Veel zaken waren al geregeld voor ons, zoals een belastingnummer en een bankrekening. Handig! Tijdens de info over wat er in elk deel van Nieuw-Zeeland te bezichtigen en te doen is, werd er aan ons gevraagd om onze handen op te steken wanneer we iets wouden doen. Wij staken altijd onze handen op, we willen gewoon alles doen. Buiten surfen, want zeewater is vies in de mond, bweik. Na de infosessie verkenden we kort nog een stukje van de stad, en aten we ribbetjes tegen de scherpe prijs van 15,90 NZD, slechts 9€!

Het kantoor van IEP

Auckland door de ogen van een echte Nieuw-Zeelander






Vandaag hadden we afgesproken met Victoria, een meisje dat hier aan de universiteit studeert en die we via via kennen. Ze nam ons mee naar enkele mooie plekjes in Auckland. Eerste stop: het strand. Het is aangenaam weer vandaag, en we maken een korte wandeling waarbij we haar wat vragen stellen over de stad en het land. Victoria praat heel vlot en is zeer vriendelijk, een aangename gesprekspartner! We kwamen een Belgisch bier café tegen, en ze was verbaasd dat dit iets speciaal is. Iets gaan drinken doen we er niet, maar we leggen wel uit dat Bier en België bij elkaar passen als Kiwi’s en Nieuw-Zeeland.


De tweede stop is Mt. Eden, een oude vulkaankrater van waarop we een magnifiek zicht hebben op de stad. Auckland strekt zich uit zo ver we kunnen zien. Voor een stad met maar 1,4 miljoen inwoners is dit een gigantische oppervlakte. De krater zelf is ook prachtig, een mooie plek om even te ontsnappen aan het gedruis van de stad. We sluiten onze exclusieve tour door de stad af met een ritje langs Ponsonby road, een straat waar veel plekjes zijn om te eten. Victoria toonde ons het beste burgerrestaurant van Nieuw-Zeeland, waarna ze ons terug afzet aan de Hostel.


Mount Eden




Groetjes vanop Mount Eden!